Molen

De Molen van Heppen (ook gekend als Molen Zels) was een houten korenwindmolen aan de Molenbergstraat.

De standaardmolen werd in 1853 opgericht door molenaar Felix LOOS uit Balen, die de molen elders liet overbrengen.

Zijn kinderen namen de molen over in 1862. In 1878 kwam de molen op naam van Leopold LOOS (voor 3/5), Monica LOOS (voor 1/5) en Mathilde LOOS (voor 1/5).

In 1880 bezat Leopold LOOS het molenerf in zijn geheel.

Hij verkocht de molen in 1883 aan molenaar Jules VERBEECK)VERHEIJEN, die hem op zijn beurt in 1889 doorverkocht aan Eugeen DEMOLIN-JORDENS, die in 1909 overleed. Zijn weduwe en kinderen behielden de molen tot aan WO I. Pachters waren Petrus THYS en Alfons ZELS.

Heppen telde in 1914 ongeveer 900 inwoners, die vooral van de landbouw leefden. Op 7 augustus 1914, 5 dagen na het begin van de oorlog bezetten Belgische Rijkswachters de schoollokalen achter het gemeentehuis van Heppen. Op 14 augustus kwam een patrouille Duitse soldaten in Heppen toe. Er ontstond een vuurgevecht tussen de Rijkswachters en de Duitsers. Eén Duitse soldaat en twee paarden werden doodgeschoten. De Duitsers vluchtten weg, maar op 17 augustus kwamen ze terug en ditmaal vluchtten de Rijkswachters (richting Antwerpen). Op 26 september 1914 brandden de Duitsers uit wraak 11 huizen en de molen af. De laatste resten werden in 1916 opgeruimd.

Na WO I maalde Alfons ZELS nog verder met de motor. Hij kocht in 1927 de stenen windmolen van Leopoldsburg om die door zijn zoon Gerard ZELS te laten uitbaten.

Kijk ook eens naar de oude postkaarten