Een aantal straten werden genoemd naar royalty, militairen of plaatsen waar het Belgische leger strijd geleverd heeft. Deze lijst is zeker nog niet volledig. Sommige straten zouden ook kunnen behoren tot Leopoldsburg, maar omwille van het feit dat ze gelegen zijn op militair domein en ook de borden anders zijn dan die van de gemeente heb ik ze in deze lijst weernomen. Als U nog een straat kent, of hebt U een foutje gevonden, twijfel niet en laat het me weten via het contactformulier.
Als er een stempel onder de straatnaam staat, dan kan je hierop klikken om een aantal oude postkaarten te zien.
Straatnaam | Informatie | _____________ |
---|---|---|
Louis Bernheim (1861 – 1931) was, als luitenant-generaal, bevelhebber van de 1ste legerdivisie tijdens de 1ste Wereldoorlog. Hij was één van de organisatoren van de verdediging aan het Ijzerfront. Minder fraai was zijn harde anti-Vlaamse houding*, waardoor hij zich de haat van de Vlaamse Frontbeweging op de hals haalde. Naar aanleiding van zijn wens om gecremeerd te worden na zijn dood opende hij het debat over crematie (toen nog wettelijk verboden), die zeer gecontesteerd werd door de katholieken , o.a. kardinaal Van Roey. (* Hij weigerde o.a. de lichamen van twee Vlaamse frontsoldaten te laten bergen omdat één van hen “flamingant” was.) | ||
Generaal Alois Biebuyck (Sint-Eloois-Vijve 20/06/1860 – Elsene 28/01/1944) Bij de mobilisatie (1914) was hij kolonel, de allereerste bevelhebber van het pas gevormde 2de Regiment Karabiniers. Onder zijn bevel voerde het regiment slag rond Antwerpen en Lier. Teruggetrokken achter de IJzer werd hij tot driemaal op één dag getroffen door een kogel. Na een onvolledig herstel van 7 maanden keerde hij terug naar het front en voerde als generaal-majoor bevel over de Brigade Jagers te Voet. Ook werd hij tot vleugeladjudant van de Koning benoemd. In 1916 kreeg hij de 6de legerdivisie onder zijn bevel en later zelfs de Zuidelijke Groepering (Franse, Belgische en Engelse eenheden). Hij onderscheidde zich te Passendale, Moorslede en aan de Leie (1918). Voor zijn heldhaftig gedrag kreeg hij meerdere onderscheidingen. | ||
De Brigade Piron of officieel Belgische 1e Infanteriebrigade werd tijdens de Tweede Wereldoorlog in het Verenigd Koninkrijk opgericht en stond onder bevel van Jean-Baptiste Piron die op zijn beurt onder het commando stond van de Britse 6e Luchtlandingsdivisie van het Canadese 1e Leger. Vanaf 28 augustus 1944 viel de brigade onder de Britse 49ste Divisie van het Britse 2e Leger. De brigade bestond uit 2200 (volgens een andere bron 2500) gevluchte Belgische en Luxemburgse militairen. De eenheid werd opgeleid in Tenby (Wales). Ze nam niet deel aan de landing in Normandië maar landde op 7 augustus 1944 in Arromanches en Courseulles-sur-Mer, en bevrijdde op 21 augustus Cabourg, op 22 augustus Deauville, op 24 augustus Trouville-sur-Mer en op 25 augustus Honfleur. Nadien nam de brigade deel aan de bevrijding van België. Ze stak op 3 september bij Rongy de grens over en bevrijdde een dag later de hoofdstad Brussel. De militairen kregen hierna een paar dagen verlof om hun familie te bezoeken. Vervolgens nam de eenheid deel aan de veldtocht in Nederland, met name op Walcheren en in Betuwe. | ||
De straat is vernoemd naar CHAPELIÉ, Jean-Jacques, Edouard. Hij werd geboren te Marseille op 13 oktober 1792 en is overleden te Elsene op 24 oktober 1864. Hij was Luitenant-Generaal en tevens stichter, Studiedirecteur en Commandant van de Militaire School van 1834 tot 1863; de Onder Stafchef van de Generale Staf van het Leger van 1832 tot 1834. Het rare is dat het accent op de E verloren is gegaan bij het benoemen van de straat. | ||
Chazal, Pierre Emmanuel Félix baron (Tarbes 1 januari 1808 – Uzos, bij Pau, 25 januari 1892), Belgisch generaal en politicus, stamde uit een Franse familie die in 1814 naar Brussel uitweek. In 1830 schaarde hij zich aan de zijde van het anti-Nederlandse verzet en nam hij actief deel aan de Belgische Revolutie. In 1844 werd hij tot Belg genaturaliseerd. Van 1847 tot 1850 en van 1859 tot 1866 was hij minister van Oorlog. Tijdens zijn tweede ambtsperiode liet hij het ontwerp van Brialmont om een grote omheining rond Antwerpen te leggen, goedkeuren (1859) en uitvoeren. In 1871 was hij woordvoerder van een gemengde militaire commissie die de persoonlijke dienstplicht propageerde. Hij trok zich in 1875 terug op zijn landgoed te Uzos. Meer info vindt u in | ||
Charles Marie Pierre Albert graaf de Broqueville (Postel (Mol), 4 december 1860 - Brussel, 5 september 1940) was de Belgische kabinetsleider tijdens de Eerste Wereldoorlog (van 17 juni 1911 tot 1 juni 1918) en eerste minister van 22 oktober 1932 tot 20 november 1934. | ||
Charlotte Marie Amélie Auguste Victoire Clémentine Léopoldine (Laken 7 juni 1840 – Kasteel van Boechout, Meise, 19 januari 1927), keizerin van Mexico, prinses van België, enige dochter van de Belgische koning Leopold I, huwde op 27 juli 1857 met Maximiliaan van Oostenrijk, broer van keizer Frans Jozef. Nadat haar echtgenoot in 1867 door aanhangers van Juarez was gefusilleerd, verergerde haar kwaal (zinsverbijstering); Leopold II wees zijn zuster het kasteel van Tervuren en na 1879 dat van Boechout te Meise, toe. | ||
Albert I, Albert Léopold Clément Marie Meinrad (Brussel 8 april 1875 – Marche-les-Dames 17 februari 1934), derde koning der Belgen. Hij had recht op de troon daar zijn broer Boudewijn overleden was in 1891. Op 23 december 1909 volgde hij zijn oom Leopold II op – waarbij hij als eerste Belgische vorst de grondwettelijke eed in beide landstalen aflegde. Albert vond de dood bij een bergbeklimming. Hij was op 2 oktober 1900 gehuwd met Elisabeth, hertogin in Beieren, die hem drie kinderen schonk: Leopold, de latere Leopold III (3 november 1901), Karel, die in 1944 regent werd (10 oktober 1903), en Marie-José (4 augustus 1906). | ||
Elisabeth Gabrielle Valérie Marie (Possenhofen 25 juli 1876 – Brussel 23 november 1965) huwde op 2 oktober 1900 Albert , toen kroonprins van België. Van huis uit vertrouwd met de geneeskunde, verwierf zij tijdens de Eerste Wereldoorlog een grote populariteit door haar zorg voor de verpleging van de soldaten aan het IJzerfront. Na de oorlog uitte zich eenzelfde bekommernis in tal van medische en filantropische stichtingen. Daarnaast gaf Elisabeth blijk van levendige artistieke en wetenschappelijke belangstelling. In 1937 vond, gepatroneerd door de Fondation Musicale Reine Elisabeth, de eerste Internationale Muziekwedstrijd Eugène Ysaye plaats, in 1950 uitgebouwd tot de befaamde Internationale Muziekwedstrijd Koningin Elisabeth van België. In 1939 stichtte zij de Muziekkapel Koningin Elisabeth te Argenteuil. | ||
Louise Marie (Palermo 3 april 1812 – Oostende 11 oktober 1850) was de dochter van de Franse koning Louis-Philippe. Ze huwde op 9 augustus 1832 Leopold I, koning der Belgen. | ||
Maria Hendrika (Boedapest 23 augustus 1836 – Spa 19 september 1902), dochter van aartshertog Jozef van Oostenrijk, uit het Huis Habsburg, huwde in 1853 met Leopold, die in 1865, als Leopold II, koning der Belgen werd. Vanaf 1893 leefde zij teruggetrokken te Spa. | ||
Leopold I, voluit: Leopold George Christiaan Frederik (Coburg 16 dec. 1790 – Laken 10 dec. 1865), eerste koning der Belgen (1831–1865), zoon van hertog Frans van Saksen-Coburg, uit het Huis Saksen-Coburg-Gotha. Uit zijn (tweede) huwelijk (9 aug. 1832) met Louise Marie, dochter van de Franse koning Louis-Philippe, had hij vier kinderen: Lodewijk Filips (1833–1834), de latere Leopold (II), Filips en Charlotte. | ||
Leopold II, voluit: Leopold Lodewijk Filips Marie Victor (Brussel 9 april 1835 – Laken 17 dec. 1909), tweede koning der Belgen (1865–1909), zoon en opvolger van Leopold I, uit het Huis Saksen-Coburg-Gotha. Zijn levenswerk is de stichting van de Onafhankelijke Kongostaat, waarvan hij in 1885 als de soeverein werd erkend. De kritiek op zijn beleid aldaar en de materiële moeilijkheden om dit onmetelijke gebied te beheren, leidden uiteindelijk tot de overname van de Kongostaat door België op 8 okt. 1908. Uit Leopolds huwelijk (22 aug. 1853) met aartshertogin Maria Hendrika van Oostenrijk werden vier kinderen geboren: Louise (1858–1924), Leopold (1859–1869, zie hierna), Stéphanie (1864–1945) en Clémentine (1872–1955). | ||
Mathieu Cormeau, zoon van onderwijzer Corneil Corneau, was bij het uitbreken van WO II luitenant bij de 11de infanteriedivisie. Hij sneuvelde op 33 jarige leeftijd, op 20 mei 1940, tijdens de beschieting van het dorp Sleidinge. | ||
Op het militair domein stond vroeger een militaire gevangenis “Malakoff” genoemd (naar een bolwerk van Sebastopol in Rusland). Hier huisde de strafcompagnie of de compagnie ‘sans floche’). Door de Duitse bombardementen in mei 1940 werd de gevangenis beschadigd en rond 1950 volledig afgebroken. Meer informatie kan gevonden worden in dit artikel. | ||
Victor Léonard Michel (Gent, 8 januari 1851 - Brussel, 4 december 1918) was een Belgisch militair en minister van Oorlog. | ||
Boudewijn Albert Karel Leopold Axel Marie Gustaaf (Brussel, 7 september 1930 – Motril, 31 juli 1993), Hertog van Brabant (1934–1950), Graaf van Henegouwen (1930–1934), Prins van België, regeerde in de periode 1950-1951 als koninklijk prins en van 1951 tot 1993 als koning der Belgen. | ||
Ramskapelle (Nieuwpoort) is een polderdorp aan de Ijzer. Op 15 oktober 1914 braken de Duitsers doorheen de Belgische linies en bezetten Ramskapelle. Het 6 Linieregiment, gesteund door het Franse 16 Bataillon de Chasseurs à Pied, heroverden Ramskapelle op 30-31/10/1914. Dit wapenfeit laat de Belgen toe het plan, de Ijzervlakte onder water te zetten, uit te voeren. Het leverde het 6 Linieregiment een eervolle vermelding op hun vaandel op, en Leopoldsburg een straatnaam. | ||
Deze naam heeft 2 kandidaten naar wie ze genoemd is: Fernand du Roy de Blicquy (° Blicquy 15-12-1836 - † Watermaal-Bosvoorde 18-09-1913). Generaal Fernand du Roy de Blicquy (1836-1913) In zijn staat van dienst lezen we: - Vleugeladjudant van de Graaf van Vlaanderen (1870 -1905); - Commandant van het 2de Regiment Gidsen van 1885 tot 1886; - Stafchef van de Cavalerie (1891 - 1898): - Commandant van de 2de Cavaleriedivisie (1898-1902); - Ere-Vleugeladjudant van Koning Leopold II (1905-1909); - Luitenant-Generaal der Cavalerie. ======================================================================== Baron Generaal Albert du Roy de Blicquy. (°Brussel 12-06-1869 - † Brussel 09-09-1940). Achtereenvolgend werd deze baron: - Ordonnans Officier van de Graaf van Vlaanderen ( 1898-1900). - Ordonnans Officier van Prins Albert (1900-1909) - Waarnemend Adjudant-Generaal, Chef van het Militair Huis van Koning Albert I en Gezant van het Militair Huis van Koning Albert 11914-1918). - Commandant van het Departement van de Grootjonker van Koning Albert I (1908-1918) - Eerste Ordonnans Officier van Koning Albert I, (1909-1917) - Commandant van het 1ste Regiment Gidsen, (1917-1918) - Commandant van het 2de Regiment Gidsen (1918-1920) - Commandant van de 2de Cavaleriebrigade (1920-1925) - Commandant van de Divisie Lichte Cavalerie (1925-1926) - Commandant van het 1ste Cavaleriedivisie (1926-1928) - Commandant van het Cavaleriekorps (1928- 1929) - Inspecteur-Generaal van de Rijkswacht (1929- 1931) - Ere-Jonker van Koning Albert I (1914-1934) - Ere-Vleugeladjudant van Koning Albert I (1917- 1934) - Ere-Vleugeladjudant van Koning Leopold III (1934-1936) - Luitenant-Generaal der Cavalerie | ||
Op 22 april 1915 gebruikten de Duitsers voor het eerst gifgas te Steenstraete, een gehucht van Ieper. De chloorgasaanval, die vooral Franse troepen trof, gebeurde in de sector van het Regiment Grenadiers (tot 1914 de “Beremutsen”). Samen met Fransen en Canadezen slagen de Grenadiers er nadien in om de bres in de frontlinie te dichten. De eervolle vermelding “Steenstraete” zal dan ook later op het vaandel van dit regiment worden bijgeschreven en Leopoldsburg krijgt een Steenstraetelaan. | ||
Tabora, stad in het huidige Tanzania. Gedurende WO I lag Tabora in Duits Oost-Afrika (Tanganjika). De geallieerden (Engelsen, Fransen en Belgen) hadden tijdens de Oost-Afrika veldtocht hun handen vol aan de Duitse generaal Paul Emil von Lettow-Vorbeck. Als onderdeel van een tangbeweging slaagde de Belgische generaal Charles Tombeur, bevelhebber van de Forces Publiques, erin de stad Tabora op de Duitsers te veroveren na hevige gevechten (september 1916). Deze slag is ook een onderdeel van de film “The Young Indiana Jones Chronicles”. | ||
Straatnaam | Informatie | _____________ |
This article is also available in English